
Julia
Sex: Merrie
Date of Birth: 1953-01-01
Date Received: 1976-10-16
Descent: Nederlands
City: Zoetermeer
Date of Death: 1988-10-29
Julia
De oude Julia
In 1972 kwam ik voor het eerst op de manege in Zoetermeer. We waren net verhuisd vanuit Apeldoorn en op zoek naar een plek om weer paard te rijden. Op deze manege waren o.a. twee paarden: Romeo en Julia. Ze leken niet veel op elkaar, maar ze waren gelijktijdig op de manege gekomen.
Julia was de braafste van deze twee paarden en daarom mochten vooral beginnende ruiters op haar rijden. Na vele jaren trouwe dienst leek het erop dat Julia het allemaal wel had gezien. Tijdens de lessen had ze er steeds minder zin in. Ze werd een expert in het afsnijden van de hoeken en als de instructeur niet in de buurt was, ging ze gewoon op de middeijn staan tot ze weer aan het werk werd gezet. Uiteindelijk was het duidelijk dat Julia dit werk niet meer kon doen.
Ik schreef op 29 mei 1975 een brief aan de Paardenkamp en ik kreeg al spoedig bericht terug van de heer ’t Hart. Hij schreef dat Julia op de wachtlijst was gezet, omdat de stallen met 40 paarden overvol waren.
Intussen werd Julia plotseling verkocht aan een handelaar in Zoetermeer, maar gelukkig waren we er snel genoeg van op de hoogte en samen met mijn moeder gingen we Julia terugkopen.
Nu stonden wij dus wel voor een probleem, we hadden zelf geen stal. Maar gelukkig mocht Julia op de manege in het weiland blijven staan. Ik kocht een mooie halster voor haar en als het koud was voerde ik haar met slobber. In het Westerpark, toen nog in aaeg, reed ik haar soms zonder zadel in stap en draf.
Naarmate het jaar vorderde ging ik mij meer zorgen maken over hoe het nu verder moest als de winter zou vallen en in begin september heb ik weer een brief geschreven. Hierop antwoordde de heer ’t Hart met de verlossende woorden: “Bij alle dingen komt weleens een extra gelukje zo zegt men wel eens. Nu is dat voor Julia ook geschiedt. Een paard uit Laren heeft men plotseling teruggetrokken en dus mag Julia komen.”
Eerst moest het paard nog gekeurd worden door de dierenarts en tenslotte werd het vervoer geregeld De instructeur van de manege stelde geheel belangeloos zijn paardenwagen, paardendeken en bandages ter beschikking. Julia was het wel gewend om in een trailer te staan en iedereen hielp bij het iaden.
Bij aankomst in Soest, met zoveel mensen op de been, die ook nog worteltjes wilden voeren, moet Julia zich wel even zorgen hebben gemaakt. Maar toen ze uiteindelijk naar haar stal kon en er later voor jaren in de weilanden van de Paardenkamp een rustige oude dag kreeg, wisten we dat het allemaal goed was gekomen.
Katja van Staveren
De oude Julia
In 1972 kwam ik voor het eerst op de manege in Zoetermeer. We waren net verhuisd vanuit Apeldoorn en op zoek naar een plek om weer paard te rijden. Op deze manege waren o.a. twee paarden: Romeo en Julia. Ze leken niet veel op elkaar, maar ze waren gelijktijdig op de manege gekomen.
Julia was de braafste van deze twee paarden en daarom mochten vooral beginnende ruiters op haar rijden. Na vele jaren trouwe dienst leek het erop dat Julia het allemaal wel had gezien. Tijdens de lessen had ze er steeds minder zin in. Ze werd een expert in het afsnijden van de hoeken en als de instructeur niet in de buurt was, ging ze gewoon op de middeijn staan tot ze weer aan het werk werd gezet. Uiteindelijk was het duidelijk dat Julia dit werk niet meer kon doen.
Ik schreef op 29 mei 1975 een brief aan de Paardenkamp en ik kreeg al spoedig bericht terug van de heer ’t Hart. Hij schreef dat Julia op de wachtlijst was gezet, omdat de stallen met 40 paarden overvol waren.
Intussen werd Julia plotseling verkocht aan een handelaar in Zoetermeer, maar gelukkig waren we er snel genoeg van op de hoogte en samen met mijn moeder gingen we Julia terugkopen.
Nu stonden wij dus wel voor een probleem, we hadden zelf geen stal. Maar gelukkig mocht Julia op de manege in het weiland blijven staan. Ik kocht een mooie halster voor haar en als het koud was voerde ik haar met slobber. In het Westerpark, toen nog in aaeg, reed ik haar soms zonder zadel in stap en draf.
Naarmate het jaar vorderde ging ik mij meer zorgen maken over hoe het nu verder moest als de winter zou vallen en in begin september heb ik weer een brief geschreven. Hierop antwoordde de heer ’t Hart met de verlossende woorden: “Bij alle dingen komt weleens een extra gelukje zo zegt men wel eens. Nu is dat voor Julia ook geschiedt. Een paard uit Laren heeft men plotseling teruggetrokken en dus mag Julia komen.”
Eerst moest het paard nog gekeurd worden door de dierenarts en tenslotte werd het vervoer geregeld De instructeur van de manege stelde geheel belangeloos zijn paardenwagen, paardendeken en bandages ter beschikking. Julia was het wel gewend om in een trailer te staan en iedereen hielp bij het iaden.
Bij aankomst in Soest, met zoveel mensen op de been, die ook nog worteltjes wilden voeren, moet Julia zich wel even zorgen hebben gemaakt. Maar toen ze uiteindelijk naar haar stal kon en er later voor jaren in de weilanden van de Paardenkamp een rustige oude dag kreeg, wisten we dat het allemaal goed was gekomen.
Katja van Staveren